05. Waterdoop

 

 

A. De doop is belangrijk

 

1. Het is een gebod (opdracht)
   • Het was één van de eerste geboden, die Jezus gaf aan de kerk -  Matt.28:19, Mark. 16:15-16;
   • Petrus gaf Cornelius, zijn familie en zijn naaste vrienden opdracht zich te laten dopen: Hand 10:47-48.

 

2. Jesus werd Zelf gedoopt -  Matt.3:13-17

Wij moeten Jezus’ voorbeeld volgen, omdat Hij begreep, dat het noodzakelijk was om gedoopt te worden.

 

3. In het boek Handelingen lezen we over de doop

Alle gelovigen werden gedoopt; bekering / omkeer en geloof gingen vooraf aan dopen:

• De dag van Pinksteren -  Hand 2:38-39;
• Filippus doopte de gelovigen te Samaria -  Hand 8:12-13;
• Paulus werd gedoopt -  Hand 9:18;
• Cornelius en zijn familie en vrienden -  Hand 10:47-48;
• Lydia  -  Hand 16:15;
• De gevangenisbewaarder van Filippi en zijn familie -  Hand 16:33;
• Crispus, de leider van de synagoge, en zijn huishouding, en vele anderen -  Hand 18:8.

 

4. Nergens in de Bijbel vind je dat baby’s werden gedoopt

Alléén gelovigen -  Mark 16:16, Hand 2:38.

Het is onmogelijk voor baby’s en kleine kinderen om tot bekering te komen en (om) te geloven.

 

5. Onmiddellijk na redding volgde de doop  -  Hand 2:41 en 16:33

De eerste Christenen wachtten, na hun wedergeboorte, niet om betere Christenen te worden, voordat ze gedoopt werden.

 

 

B. Hoe te worden gedoopt

 

Het Griekse woord baptiso betekent onderdompelen, begraven. Zie:

                  Rom.6:3-4  -  hier wordt een verbinding gemaakt tussen de doop en begrafenis. Ook Col.2:12;

                  Matt.3:13-16  -  de doop van Jezus: ….. Jezus kwam meteen op uit het water …..(v.16);

                  John 3:23  -  waarom heb je veel water nodig? Zeker niet voor besprenkeling;

                  Hand 8:38  -  de doop van de kamerheer van de koningin van Ethiopië: ….. en zij daalden beiden af in het water…..

 

 

C. De betekenis (van de doop) van dopen

 

Rom.6:1-14   -   Col.2:9-15

 

De doop is een openbare belijdenis van een innerlijke verandering; in (met) deze belijdenis verklaren we de dood aan ons vlees, en we zeggen óók, dat we levend zijn in Christus.
Door de waterdoop vereenzelvigen we ons symbolisch met de dood, begrafenis en de opstanding van Christus:

                  dood – wanneer we worden gedoopt in water, doden we ons “oude zelf”, onze oude zondige natuur;

                  begrafenis – wanneer we opkomen uit het water, blijft het “oude zelf’’ , de oude zondige natuur achter, dood en begraven;

                  opstanding – we komen uit het water in nieuwheid van leven; zoals Jezus opgewekt werd uit de dood door de kracht van de Heilige Geest, zo worden ook wij opgewekt door de kracht van de Heilige Geest tot een nieuw leven.

 

Zondigen we nog, en hindert onze oude en zondige natuur ons nog? Ja, zeker, maar we kunnen altijd teruggaan naar onze doop, waar we onze oude natuur begraven hebben; en daar zullen we ons herinneren, dat de realiteit nu is, dat we niet langer leven naar het vlees, maar naar de Geest.

 

 

D. Een paar laatste opmerkingen

 

• Hand 22:16  -  doe het gewoon; wordt gedoopt, aarzel niet.
• Hand 2:37-39  -  wij doen de eerste twee stappen, en God de derde, zodat we het leven kunnen leven, dat God voor ons heeft weggelegd.
• 1Pet.3:21  -  een gebed / smeking tot God voor een goed geweten.